Wat zijn de verschijnselen van een blaasontsteking?
Honden met een blaasontsteking doen vaak kleine plasjes, soms persen ze er maar een paar druppeltjes per keer uit en soms verliezen ze druppeltjes tijdens het lopen. Regelmatig wordt er ook in huis geplast. En soms kunt u zien dat er bloed bij zit.
Er zijn echter ook honden met een sluimerende blaasontsteking die deze verschijnselen niet vertonen, maar die niet lekker in hun vel zitten. Vaak krijgen we te horen dat een hond plotseling oud aan het worden is, slomer is, niet zichzelf is. Als uw dier dus niet ziek is, maar ook niet helemaal zichzelf moet er altijd aan een sluimerende blaasontsteking gedacht worden.
Wat moet ik doen als ik mijn hond verdenk van een blaasontsteking?
Als u uw hond van een blaasontsteking verdenkt is het belangrijk om urine langs te brengen om het te laten controleren. Het is belangrijk dat de urine zo vers mogelijk is, want hoe langer de urine staat, hoe meer veranderingen erin plaats vinden en dan is het soms niet goed mogelijk meer om de urine te beoordelen. Het liefst hebben we de ochtendurine omdat deze het best geconcentreerd is.
Urine kunt u opvangen met een plat bakje of eventueel met een lange lepel. Als uw hond in huis plast kunt u de urine ook met een spuitje of pipet van de grond opzuigen.
Als het niet lukt om urine op te vangen kunt u altijd met uw hond naar de praktijk komen. Een van de assistenten zal dan met u mee gaan en proberen de urine op te vangen.
Daarnaast kan het verstandig zijn om uw hond ook na te laten kijken. Als u belt wordt er gekeken of een controle van uw hond ook nodig is of dat alleen urine onderzoek voldoende is.
Wat zijn de oorzaken van een blaasontsteking?
Bij honden is vaak, in tegenstelling tot de kat, een bacteriële infectie de oorzaak van een ontsteking. Blaasontsteking wordt daarom ook vaker bij teven gezien omdat deze een kortere plasbuis hebben en iets gevoeliger zijn voor het opkruipen van een infectie (van buiten, via de plasbuis naar de blaas).
Bij veel honden is een lichte urine incontinentie de oorzaak van de infectie. Als de sluitspier minder werkt kan een hond urine lekken, maar kunnen bacteriën ook makkelijker de blaas binnenkomen. Soms is het duidelijk dat een hond incontinent is. Hij of zij verliest dan druppels en plasjes urine in huis, bijvoorbeeld bij opstaan of gewoon als ze in de mand liggen. Maar soms is de incontinentie zo gering dat we het niet merken. Het gaat dan maar om kleine druppels, die de hond zelf wegpoetst.
Urine incontinentie komt regelmatig voor bij honden. Het wordt vaker gezien bij teven, maar ook, vooral oudere, reuen kunnen er last van hebben.
Daarnaast kunnen honden ook last hebben van blaasgruis of blaasstenen. Blaasgruis en uiteindelijk blaasstenen ontstaan bij honden vaak als gevolg van een infectie. Deze infectie leidt namelijk tot een stijging van de zuurtegraad waardoor er gruis gevormd kan worden. En van dat gruis kan uiteindelijk een steen gevormd worden. Ongecastreerde reuen kunnen ook prostaatklachten hebben die bijdragen aan of lijken op blaasklachten. Andere oorzaken voor blaasontsteking kunnen zijn aangeboren afwijkingen aan de blaas of urineleiders, trauma, poliepen of blaaskanker.
Wat is de behandeling?
Aangezien bij honden een blaasontsteking vaak ontstaat door een bacteriële infectie wordt er meestal antibiotica voorgeschreven voor 7 dagen. Voor het einde van de kuur is controle van de urine nodig om te kijken of de ontsteking helemaal over is. Daarnaast wordt vaak een pijnstiller gegeven omdat honden met een blaasontsteking zich vaak niet lekker voelen en last van hun buik hebben.
Als er sprake is van urine incontinentie als oorzaak van de blaasontsteking kan dit behandeld worden met sluitspierversterkers. Als dat niet gedaan wordt zal de blaasinfectie vaak weer snel terugkomen.
Daarnaast kan het nodig zijn om een speciaal voer te geven als er sprake is van blaasgruis. Bij honden wordt, in tegenstelling tot de kat, vaak gruis gezien als gevolg van de ontsteking en verdwijnt het gruis weer als de ontsteking over is. Als het gruis aanwezig blijft zal een dier op een speciaal dieet moeten blijven om problemen in de toekomst te voorkomen.
Verder is het belangrijk om een dier met een blaasontsteking veel te laten drinken. Hoe meer een dier drinkt, hoe meer hij/zij zal plassen en hoe beter de blaas uitgespoeld wordt.
Is verder onderzoek nodig?
Als een dier verder niet ziek is en snel hersteld van de antibiotica is verder onderzoek meestal niet nodig. Als er sprake is van een terugkerende blaasontsteking of als een blaasontsteking niet goed reageert op de antibiotica zal verder onderzoek nodig zijn.
Er zijn verschillende onderzoeken mogelijk, afhankelijk van wat er gevonden wordt in de urine.
Zo kan er een urinekweek ingezet worden als een dier niet goed op de antibiotica reageert of als de klachten snel weer terugkomen. Voor een urinekweek hebben we steriele urine nodig. Dit houdt in dat de urine door middel van een prikje uit de blaas gehaald wordt. Over het algemeen reageren honden hier helemaal niet op en is het goed te doen
Soms is het nodig om een röntgenfoto te maken om te controleren op blaasstenen.
Daarnaast kan er een echo van de blaas gemaakt worden om te kijken of er sprake is van onder andere aangeboren afwijkingen, gruis of stenen, poliepen of blaaskanker.