Nieuwsbrief september 2011

We hebben voor u hier de eerste nieuwsbrief van Dierenkliniek de Haardstede. Deze nieuwsbrief is gewijd aan het oudere dier. We hopen dat u het met veel plezier zult lezen. Als u over de verschillende onderwerpen meer wilt weten kunt u altijd terecht op onze website:www.dierenkliniekdehaardstede. nl of u kunt contact met ons opnemen tijdens openingstijden doordeweeks tussen 8.30 en 18.00op telefoonnummer 035 5251512 of via email
info@ dierenkliniekdehaardstede.nl

In de nieuwsbrief kunt het u volgende lezen:

  • Waarom is het belangrijk om regelmatig naar de dierenarts te gaan voor controle
  • Hartruis bij de hond
  • Te snel werkende schildklier bij de kat
  • Baarmoederproblemen bij het konijn
  • Stijfheid bij de hond
  • Nierproblemen bij de kat
  • Gebitsproblemen bij de hond en kat
  • Hoge bloeddruk bij de kat
  • Praktijkinformatie, met onder andere de dienstenregeling

Als u in de toekomst deze nieuwsbrief niet meer wenst te ontvangen, kunt u zich aan het einde van de nieuwsbrief afmelden.

De honden en katten van tegenwoordig worden steeds ouder, door betere voeding en betere gezondheidszorg. Dat katten 20 jaar oud worden is geen uitzondering meer. De oudste kat in Nederland (gedocumenteerd) is 28 jaar geworden en de oudste kat ter wereld 38 jaar!

Ook honden zien we steeds vaker van 14-15 jaar oud. De oudste hond ter wereld was een Yorkshire Terrier van 22 jaar in Nederland, die deze zomer overleden is.

Regelmatig naar de dierenarts.

Heel veel honden en katten komen elk jaar bij de dierenarts voor hun inenting. Tijdens de inenting worden de dieren ook uitgebreid nagekeken en wordt er besproken hoe het gaat. Regelmatig wordt er dan iets gevonden bij een dier wat de eigenaar nog niet opgevallen was en kan in een vroeg stadium een behandeling ingesteld worden.

Voorbeelden hiervan zijn een ontsteking rond een kies die niet opvalt omdat het dier nog goed eet. Of een kat die wat afgevallen is maar zich normaal gedraagt en normaal eet en die blijkt een te snel werkende schildklier te hebben.

Verder kunnen tijdens de controle ook typische ouderdomsproblemen besproken worden en kan hier advies over gegeven worden.

Maar er zijn ook heel veel dieren die niet ingeënt worden en daarom niet vaak bij een dierenarts komen. Dit kan zijn omdat mensen principieel tegen inenting zijn of omdat mensen een inenting niet belangrijk vinden of het gewoon vergeten zijn en daarom niet meer opgeroepen worden. Het is jammer dat deze dieren die geen inenting krijgen ook hun gezondheidscontrole mislopen. Daardoor komen deze dieren vaak in een veel later stadium bij de dierenarts, soms zo laat dat een behandeling niet meer mogelijk is.

Regelmatig wordt bij oudere dieren gedacht: “mijn dier is oud, het hoort erbij dat hij dun wordt of dat hij stijf wordt, daar is niks aan te doen”.

Eigenlijk is het belangrijk om 1x per jaar voor een gezondheidscontrole met uw dier bij de dierenarts te komen, zeker bij oudere dieren. Dan wordt er onder andere uitgebreid gekeken naar het gebit, het gewicht, wordt er goed in de buik gevoeld en naar de longen en het hart geluisterd. Verder kunnen dan ouderdomsprobleempjes besproken worden en wordt advies gegeven over hoe deze het beste aangepakt kunnen worden.
Hartruis bij de hond

Een van de afwijkingen die we regelmatig vinden bij lichamelijk onderzoek is een hartruis. Een hartruis kan al voorkomen bij jongere dieren, maar wordt meer bij oudere honden gehoord. Bij kleine honden wordt een hartruis veroorzaakt door een lekkende hartklep. Een lekkende hartklep betekent niet automatisch dat een hond ook een hartprobleem heeft, maar kan in de toekomst wel tot een hartprobleem leiden. Zolang een hond nog geen klachten heeft en bij het onderzoek nog een normale, krachtige pols (we noemen het pols, omdat het bij de mens in de pols gevoeld wordt, maar bij de hond voelen we naar de dijbeenslagader) wordt gevonden, wordt geen behandeling ingesteld. Wel worden de verschijnselen van een hartprobleem besproken. Bij de jaarlijkse controle kunnen we verder de intensiteit van de ruis volgen en de hartslag en kracht van de pols. Als dit gaat veranderen kan het een eerste aanwijzing zijn dat een dier ook echt een hartprobleem aan het ontwikkelen is en kan er verder onderzoek uitgevoerd worden en eventueel een behandeling ingesteld worden. Verder zijn eigenaren meer bewust van de verschijnselen van een hartprobleem en wordt er sneller naar een dierenarts gegaan met klachten zodat er op tijd een behandeling ingesteld kan worden.

Verschijnselen die op een hartprobleem kunnen wijzen zijn een verminderd uithoudingsvermogen (dus minder ver kunnen lopen, sneller moe zijn, sneller gaan liggen na of tijdens een wandeling), hoesten (en dan vooral in de mand en ’s ochtends bij opstaan) en verder een snelle ademhaling in rust (sneller dan 30 x per minuut) en moeite met ademen.
Te snel werkende schildklier bij de kat

Bij oudere katten (vanaf 7-8 jaar) zien we regelmatig een te snel werkende schildklier. Hierdoor wordt er te veel schildklierhormoon geproduceerd wat ervoor zorgt dat eigenlijk de hele stofwisseling van slag raakt. Zeker in een vroeg stadium merken eigenaren eigenlijk niks aan hun kat, soms valt het niet eens op dat ze wat aan het afvallen zijn. Als een kat regelmatig bij de dierenarts komt is het normale gewicht bekend en kan er ook snel gezien worden dat een dier aan het afvallen is terwijl hij of zij nog wel goed eet. Bij lichamelijk onderzoek wordt vaak een bonzende hartslag gevonden en soms kan een vergrote schildklier gevoeld worden. Als bij een controle gevonden wordt dat een kat afgevallen is terwijl hij of zij nog wel goed eet en zeker als er een vergrote schildklier gevoeld wordt kan er wat bloed afgenomen worden. Door middel van bloedonderzoek kan vastgesteld worden of er inderdaad teveel schildklierhormoon in het bloed aanwezig is. En als dit het geval is kan er direct een behandeling ingesteld worden en de verdere mogelijkheden besproken worden (een te snel werkende schildklier kan behandeld worden met pilletjes levenslang, maar ook operatief door verwijdering van de afwijkende schildklier of d.m.v. radioactief jodium).

Op langere termijn zijn de verschijnselen van een te snelwerkende schildklier: vermageren, veel eten en soms juist slecht eten, veel drinken en veel plassen, wat onrustig van gedrag, wat prikkelig van gedrag, soms braak- en diarreeklachten. Als een dier langer rondloopt met een te snel werkende schildklier kunnen ze heel erg vermageren en daardoor in een slechte conditie raken, ook kan er schade optreden aan hart en nieren. Het is daarom belangrijk om een kat die wat aan het afvallen is (ook bij oudere katten, want een gezonde oude kat hoort niet zomaar af te vallen) te laten controleren bij een dierenarts.

Baarmoederproblemen bij het konijn

Heel veel mensen hebben thuis een konijntje. Veel konijnen komen nooit bij een dierenarts omdat mensen er niet van op de hoogte zijn dat konijnen ook ingeënt moeten worden (tegen myxomatose en VHD, de inenting van konijnen vindt altijd in het voorjaar plaats).

De meeste vrouwelijke konijnen in Nederland worden niet gesteriliseerd. Bij niet-gesteriliseerde konijnen komen heel regelmatig baarmoederproblemen voor. Dit kan variëren van een baarmoederontsteking tot baarmoederkanker. Dit is de meest voorkomende kanker bij konijnen en er wordt gedacht dat zeker 80% van de voedsters die ouder zijn dan 4-5 jaar last hebben van baarmoederkanker. Het is een langzaam groeiende vorm van kanker, die zich eerst in de baarmoeder uitbreidt en daarna vaak uitzaait naar de longen. Bij konijnen die regelmatig bij de dierenarts komen kan soms een harde dikte in de buik gevoeld worden terwijl het konijn nog geen klachten heeft. Klachten die kunnen optreden zijn bloedverlies in het hok of bloedverlies bij of na het plassen. En in een later stadium kan er ook sprake zijn van benauwdheid als het uitgezaaid is naar de longen. Baarmoederkanker kan oorkomen worden door een konijntje op jonge leeftijd te laten steriliseren. Als een dier niet gesteriliseerd is en er wordt baarmoederkanker vastgesteld in een vroeg stadium kan een dier nog geopereerd worden en kan de baarmoeder verwijderd worden. Als er al sprake is van uitzaaiingen is geen behandeling meer mogelijk (op dit moment).

Stijfheid bij de oudere hond

Heel veel honden (maar zeker ook katten) krijgen op oudere leeftijd last van stijve gewrichten en artrose. Vaak hebben grotere honden hier meer last van dan de kleinere rassen. De klachten kunnen variëren van wat stijfheid bij opstaan tot echt moeite hebben met lopen en springen. Als een dier moeite gaat krijgen bij bewegen is het altijd verstandig om even bij de dierenarts langs te gaan. Soms is er sprake van een verstuiking of verrekking of wat algemene stijfheid. Maar er kan ook duidelijk sprake zijn van artrose (gewrichtslijtage) van 1 of meerdere gewrichten. Bij lichamelijk onderzoek kan dan pijnlijkheid, verminderde beweging, kraken van gewrichten en overvulde en verbrede gewrichten gevonden worden. Soms is het nodig om aanvullend röntgenfoto’s te maken om een gewricht beter te kunnen beoordelen. Als een hond last krijgt van artrose zijn er verschillende dingen mogelijk om uw dier te ondersteunen. Zo is het belangrijk dat een dier met gewrichtsklachten niet te zwaar is. Verder is regelmatige beweging belangrijk, zodat de gewrichten wel soepel blijven. Verder kan een dier ondersteund worden met speciale voeding voor dieren met gewrichtsklachten, zoals de J/D voeding van Hills, met glucosamides, met extra vetzuren of met pijnstillers.
Nierproblemen bij de kat

Een van de meest voorkomende ziekten bij de oudere kat is nierfalen. Hoe ouder katten worden, hoe meer katten een nierprobleem hebben. Het meest kenmerkende verschijnsel van een nierprobleem is meer gaan drinken en plassen. Alleen valt dit een eigenaar lang niet altijd op omdat veel katten buiten plassen en ook buiten water drinken. Verder zien we in een vroeg stadium vaak al dat katten wat gaan afvallen. In een verder stadium gaan nierpatiënten vaak slechter eten, worden ze echt mager, wordt de vacht dof en kunnen ze gaan braken. Hoe eerder we weten dat een kat een nierprobleem heeft, hoe eerder een behandeling ingesteld kan worden. Het belangrijkste bij een nierpatiënt is de opname van met name fosfaten, maar ook eiwitten in de voeding beperken. Dit kan goed bereikt worden met een nierdieet. Daarnaast zijn er nog meerdere behandelingen mogelijk, afhankelijk van hoe het gaat met de kat, zo kan er extra kalium gegeven worden, kunnen er fosfaatbinders gegeven worden en kan als het nodig is een bloeddrukverlager voorgeschreven worden. Het betekent dus niet dat een kat die nierpatiënt is niet meer te behandelen is.

Ook hier geldt weer dat regelmatig controle vroeger tot de opsporing van nierproblemen kan leiden. Soms heeft een eigenaar nog niks opgemerkt, maar wordt bij controle gevonden dat een kat toch wat aan het afvallen is. En soms kan bij het voelen in de buik gevoeld worden dat de nieren afwijkend aanvoelen.

Gebitsproblemen bij de hond en de kat

Heel veel honden en katten in Nederland hebben gebitsproblemen. Dit kan variëren van een klein beetje tandsteen tot het afbreken van kiezen, ontstekingen en abcessen. Regelmatige controle van het gebit kan veel complicaties voorkomen. Zo kan er goed gekeken worden of er sprake is van tandsteen, hoe de elementen eruit zijn, of er ergens iets los zit. Als een dier enigszins meewerkt kan vaak het meeste tandsteen gewoon op tafel (dus niet met een narcose) verwijderd worden, zeker als dit jaarlijks uitgevoerd wordt. Verder wordt er dus gekeken naar ontstekingen en losse elementen. Zowel honden als katten laten vaak slecht zien dat ze last hebben van hun gebit, ze blijven gewoon dooreten, soms door de pijnlijke kant te vermijden. Als bij controle van het gebit opgemerkt wordt dat er sprake is van losse elementen of ontstekingen kan hierop actie ondernomen voordat een dier er echt ziek van gaat worden (bijvoorbeeld door het ontwikkelen van een kieswortelabces).

Hoge bloeddruk bij de kat

De gezondheidszorg van dehuisdieren is steeds verder ontwikkeld. Zo kunnen we tegenwoordig ook de bloeddruk meten. Daardoor is het bekend dat oudere katten regelmatig last hebben van een hoge bloeddruk. Soms is de bloeddruk zodanig hoog dat het ook tot klachten leidt zoals acute blindheid of afwijkend gedrag. Vaak heeft een kat voordat deze klachten optreden al langer last van een hoge bloeddruk en leidt dit op de langere termijn tot onder andere hart- en nierschade. Bij lichamelijk onderzoek kan soms een aanwijzing voor een hoge bloeddruk gevonden worden zoals een afwijkende ritme van de hartslag (een zogenaamd gallopritme) of een hartruisje.

Hogebloeddruk is bij katten goed te behandelen met een bloeddrukverlager. De pillen worden opgelost in een suikeroplossing en moeten 1x per dag gegeven worden. Het wordt door de meeste katten goed geaccepteerd.

Informatie Dierenkliniek de Haardstede

Wij werken in de praktijk met 3 dierenartsen, drs. M.E. Pesman, dr. F.J. Bavelaar en drs. H.A. Schram. Onze assistentes zijn Elisa van Eldijk, Nel Kooij, Mariska Brouwer en Kelly Sinke.

Doordeweeks is de kliniek geopend tussen 8.30 en 18.00. Doordeweeks zijn er meestal 1 of 2 avondspreekuren. Als u overdag niet kunt, kunt u telefonisch contact opnemen om na te vragen wanneer het avondspreekuur is en hiervoor een afspraak maken.

We werken uitsluitend op afspraak, het maken van de afspraak kan telefonisch gebeuren via 035-5251512.

Voor het ophalen van voer, medicijnen, voor het afgeven van urine of ontlasting voor onderzoek of voor het wegen van uw hond kunt u altijd binnen komen lopen tijdens de openingstijden. Als u uw kat wilt laten wegen is het verstandig om even te bellen van te voren aangezien de weegschalen in de spreekkamer staan en u anders bij drukte even moet wachten.

Voor vragen kunt u altijd aan de balie terecht, maar het kan ook telefonisch of via email:
info@ dierenkliniekdehaardstede.nl
.

Dienstenregeling

Voor spoedgevallen is er maandag t/m vrijdag tot 21.00 uur en in het weekend van 10.00 uur tot 17.00 uur een dierenarts in de regio beschikbaar via b>0900-6699666

Buiten deze tijden kunt u voor ernstige spoedgevallen contact op nemen met de Spoedkliniek voor Dieren in Amsterdam via telefoonnummer: 020-7400600

Vanaf mei 2011 is er ook de mogelijkheid om op eigen gelegenheid contact op te nemen met de Spoedkliniek voor Gezelschapsdieren Midden Nederland in Utrecht via 0900-2223000

Reacties zijn gesloten.